Rekenkamerrapporten

Afgerond

Samen voor de publieke zaak

DATUM BEHANDELING PS: 31 februari 2023         download rapport

Aanbeveling

1. Gedeputeerde Staten, consulteer en informeer bij samenwerkingsverbanden die gemeentelijke taken (in mandaat) uitvoeren voor de totstandkoming van een oordeel over de kwaliteit van de taakuitvoering.
In het onderzoek is gebleken dat het IBT-oordeel over de uitvoering van taken in het omgevingsbeleid tot stand komt zonder dat informatie wordt opgevraagd bij de ODG. Het verdient aanbeveling in het kader van het IBT de ODG te consulteren over de uitvoering van de omgevingstaken die de gemeenten bij de ODG hebben belegd. In het kader van de rolzuiverheid: de ODG wordt dan als extra informatiebron gebruikt, terwijl het IBT blijft plaatsvinden op de afzonderlijke gemeenten.

Maatregelen

Voortgang

Toelichting

Ons toezicht richt zich op de taakuitvoering door het bevoegd gezag. Dat voorziet ons van de informatie die wij gebruiken om ons een oordeel te vormen over de taakuitvoering en daarbij horen ook gegevens die afkomstig zijn van de Omgevingsdienst Groningen (ODG). Wij kunnen ons moeilijk voorstellen dat de ODG ons meer of andere informatie zou kunnen geven dan aan de opdrachtgever (b&w) wordt verstrekt. Daarbij komt dat er op dit moment geen wettelijke grondslag is om die informatie bij de ODG uit te vragen. Wellicht zou dit onderwerp kunnen zijn van een vervolgonderzoek. Daarin zou ook de opvatting van gemeenten hierover kunnen worden opgenomen.

groen

De maatregelen leiden niet tot een andere werkwijze.
Deze aanbeveling kan als afgehandeld worden beschouwd.

Aanbeveling

2. Gedeputeerde Staten, evalueer periodiek of de samenwerking verloopt zoals beoogd bij de oprichting van het samenwerkingsverband en in hoeverre de provinciale deelname nog van toegevoegde waarde is.
De opstelling van de provincie in samenwerkingsverbanden wordt overwegend als positief ervaren. Om dit te borgen, is het raadzaam om dit van tijd tot tijd te evalueren.

Maatregelen

Voortgang

Toelichting

Er bestaan verschillende soorten samenwerkingsverbanden (zie blz. 44 van het rapport). Voor samenwerkingen met een licht en/of netwerkkarakter is deze aanbeveling onzes inziens minder geschikt. Je zou kunnen zeggen dat een voortdurende evaluatie onderdeel uitmaakt van de samenwerking. Voor zwaardere en/of geïnstitutionaliseerde samenwerkingsverbanden zit dit reeds verweven in onze werkwijze. Op natuurlijke momenten, bijvoorbeeld wanneer een convenant ten einde loopt, vindt een evaluatie plaats alvorens een vervolg wordt vastgelegd.

groen

De maatregelen leiden niet tot een andere werkwijze.
Op verzoek van de Staten hebben wij het monitoringssysteem opnieuw tegen het licht gehouden en op 24 mei 2023 besproken met de Staten. We hebben bekeken of de aanbeveling kan worden overgenomen. Conclusie is dat wij uiteraard altijd bereid zijn vragen te beantwoorden over de samenwerking en de samenwerkingsverbanden, maar dat de evaluatie van die verbanden naar onze opvatting voldoende geregeld is. Extra evaluatiemomenten voor ‘kleine’ samenwerkingen kunnen niet uit - dan wordt er meer tijd besteed aan evalueren dan aan samenwerken - en bij ‘grotere’ samenwerkingsverbanden wordt al op natuurlijke momenten geëvalueerd.
Met het oog op het doel en de effectiviteit van samenwerkingsverbanden is de conclusie dat extra evaluatiemomenten daar niet aan bijdragen.
De Staten worden hierover geïnformeerd op de gangbare wijze en tijdstippen, daaraan wordt ook niets veranderd.
Deze aanbeveling kan als afgehandeld worden beschouwd.

Deze pagina is gebouwd op 06/11/2024 13:27:15 met de export van 06/11/2024 13:23:16